Kamer geïnformeerd over voortgang invoering Omgevingswet
Minister Ollongren heeft de Eerste en Tweede Kamer deze week geïnformeerd over de voortgang van de Omgevingswet. Overheden zijn zich steeds bewuster van de betekenis van de transitie. Het gevoel van urgentie neemt toe. Dit blijkt uit de Monitor Invoering Omgevingswet en de antwoorden op vragen van de Eerste Kamer.
Een van de belangrijkste uitgangspunten bij de voorbereiding van de stelselvoorziening is oefenen en leren in de praktijk. In overleg met de koepelorganisaties zijn hiervoor allerlei instrumenten ingezet, waaronder expertsessies en consultaties. De adviezen van de onafhankelijke Integrale adviescommissie Omgevingswet sluiten hierop aan. Hierbij is extra aandacht gevraagd voor de mogelijkheid om regels goed te kunnen toepassen in de praktijk.

Uitkomsten van de monitor
De voorbereiding van de implementatie wordt twee keer per jaar gemonitord. Daarbij staan vragen centraal als: waar gaat het goed, liggen we als overheid op koers en waar is meer aandacht nodig? Het programma Aan de slag met de Omgevingswet vertaalt de uitkomsten en signalen naar ondersteuning van de overheden bij de implementatie.
Uit de monitor die eind 2018 is uitgevoerd, blijkt dat alle overheden ver zijn gevorderd met voorbereidende activiteiten. Er is meer zicht op de omvang van de opgave om op 1 januari 2021 klaar te zijn voor de start van de wet. Dat verklaart dat er meer gemeenten zijn die twijfelen of ze alle werkzaamheden binnen hun organisatie op tijd hebben afgerond. Begrijpelijk bij een cultuuromslag zoals bij deze nieuwe wet wordt beoogd.
Overheden zijn zich scherper bewust geworden van de uitdagingen die hiervoor nog aangepakt moeten worden. Het is een goede ontwikkeling dat overheden deze uitdagingen steeds vaker met elkaar en integraal oppakken. De samenwerking tussen provincies, gemeenten, waterschappen en Omgevingsdiensten is het afgelopen jaar tijdens de voorbereiding op de Omgevingswet enorm toegenomen.
Opvallend is dat programmamanagers vooral aandacht vragen voor de aansluiting op het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), de hoeveelheid werk, de financiering en de bemensing. Daarnaast is het doorvoeren van de gewenste cultuuromslag en andere manier van werken binnen organisaties een flinke opgave.
Het hoeft (nog) niet af om er klaar voor te zijn
Dit voorjaar hebben VNG, IPO en Unie van Waterschappen en de betrokken ministeries een belangrijke stap gezet om overheden ondersteuning te bieden. Alle partijen hebben in beeld gebracht wat er minimaal klaar moet zijn voor 1 januari 2021 om de wet in werking te laten gaan. Bij de invoering van de Omgevingswet is vanaf het begin sprake geweest van een meerjarige transitieperiode. Niet alle stappen kunnen en hoeven in één keer gezet te worden. Er is overgangsrecht voor veel van de vernieuwingen. Daarnaast is voor inwoners en bedrijven de impact op bestaande situaties beperkt, omdat vergunningen niet vervallen maar hun werking behouden.
Om overheden houvast te bieden bij de vragen: 'wat moet er zeker af zijn en waar moet ik beginnen' is een lijst opgesteld met wat er minimaal klaar moet zijn. De bestuurlijke ambitie, het Bestuursakkoord uit 2015, gaat echter verder dan de minimale vereisten uit de wet, vooral bij de dienstverlening aan burgers en bedrijven. De koepelorganisatie hebben daarom geïnventariseerd welke zaken nodig zijn om in de geest van de Omgevingswet te kunnen werken. Dit is belangrijk voor de overheden om de dienstverlening op hetzelfde niveau te houden als nu.
Vragen van de Eerste Kamer
Tijdens de schriftelijke ronde van de behandeling van de Invoeringswet heeft de Eerste Kamer vragen gesteld over onder andere monitoring en onderzoek, participatie, de implementatie en het DSO. De ontwikkeling van de landelijke basisvoorziening van het digitale stelsel (DSO-LV) zit in de laatste fase. Het DSO-LV wordt naar verwachting aan het eind van 2019 opgeleverd. Overheden krijgen hiermee een jaar de tijd om te oefenen voordat de wet ingaat, om zo de aansluiting op de voorziening en de lokale systemen in te regelen. Voorafgaand kunnen overheden starten met het vullen van het DSO met lokale regels. Voor een aantal onderdelen kan deze voorbereiding zelfs nu al starten.