Kamerbrief Omgevingswet september 2021 verzonden
Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een brief over de Omgevingswet aan beide Kamers gestuurd. Hierin gaat zij in op de stand van zaken van de aansluitingen op het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), een rapport van de Auditdienst Rijk (ADR) en extra beschikbare financiële middelen voor de invoering van de wet. Uiterlijk begin november ontvangt het parlement weer een voortgangsbrief over de wet.
Aansluitingen DSO
Circa 90% van de bevoegd gezagen is aangemeld voor aansluiting op het DSO. Ongeveer 75% is inmiddels aangesloten. Door de zomervakantie en nieuwe releases van landelijke en lokale software is het aantal nieuwe aanmeldingen voor aansluitingen afgevlakt en soms iets teruggelopen. Overheden worden op verschillende manieren gestimuleerd om aan te sluiten, zodat zij voldoende tijd hebben om te oefenen met het DSO. Het programma Aan de slag met de Omgevingswet, de koepels van gemeenten, provincies en waterschappen, en de softwareleveranciers werken hierbij nauw samen.
Rapport ADR
Het Bureau ICT Toetsing en Bureau Gateway gaven in 2020 advies over de ontwikkeling en implementatie van het DSO. Uit onderzoek van de ADR blijkt dat er hard wordt gewerkt aan de opvolging van deze adviezen en vooruitgang te zien is. Het beoogd effect van sommige maatregelen is nog onvoldoende omschreven. Er lopen verschillende acties om ervoor te zorgen dat beter kan worden bepaald of een advies volledig is opgevolgd.
Financiën Omgevingswet
De inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet is verplaatst van 1 januari 2022 naar 1 juli 2022. Dit brengt extra kosten met zich mee voor het Rijk en de bevoegd gezagen. In de Miljoenennota zijn hier extra middelen voor opgenomen.
Voor het Rijk gaat het om 14,4 miljoen euro voor het langer in de lucht houden van de programmaorganisatie en de bestaande landelijke systemen en het ondersteunen van tijdelijke alternatieve maatregelen voor organisaties die nog geen gebruik kunnen maken van (delen) van het DSO. Voor de invoering en implementatie van de wet zijn over een periode van vijf jaar 14,4 miljoen euro aan extra middelen beschikbaar.
Voor de koepels van gemeenten, provincies en waterschappen en rijkspartijen die de Omgevingswet invoeren, komt in totaal 23 miljoen euro beschikbaar. VNG, IPO, de Unie van Waterschappen en rijkspartijen verkennen op dit moment hoe dit bedrag kan worden ingezet als stimulans voor een goede en tijdige invoering van de wet. Gedacht wordt aan bestedingen die een bijdrage leveren aan de implementatie van de wet op 1 juli 2022, zodat het geld ten goede komt aan alle organisaties die de wet moeten invoeren.
De ontwikkeling en afbouw van de landelijke voorziening van het DSO, het DSO-LV, tot het basisniveau kosten meer tijd en geld dan voorzien. Daarom is 30,8 miljoen euro toegevoegd aan de middelen voor de Omgevingswet.
Vervolg
Minister Ollongren verstuurt uiterlijk begin november een voortgangsbrief over de Omgevingswet aan beide Kamers. Deze brief gaat onder meer in op de uitkomsten van een nieuwe monitorreportage over de implementatie van de wet, de laatste stand van zaken rondom het DSO en de meest recente DSO-aansluitcijfers. Met deze informatie kunnen de Tweede en Eerste Kamer een afweging maken over de inwerkingtreding van de wet. De minister gaat hier graag over in debat. Daarna wordt bepaald op welk moment het Koninklijk Besluit met de inwerkingtredingsdatum van de wet wordt voorgehangen bij beide Kamers.