Try Out Natuur en bouwen in de kuststrook (Zuid-Holland)
Een goede balans vinden tussen bouwen en natuur. Dat is het idee van deze Try Out. De deelnemers zoeken naar een manier om aanvragen voor een bouwvergunning in de hele Zuid-Hollandse kuststrook interbestuurlijk te behandelen. Het gaat niet alleen om natuur en bouwen. Ook andere functies moeten voldoende aan bod komen zoals veiligheid, recreatie en erfgoed.
Wie doen er mee?
Een breed gezelschap met juristen, informatiedeskundigen, beleidsmedewerkers en ecologen van:
- de provincie Zuid-Holland
- de gemeenten Rotterdam, Den Haag, Westland, Vlaardingen en Schiedam
- de omgevingsdiensten ODH (Den Haag), DCMR (Rijnmond) en OZHZ (Zuid-Holland Zuid)
- het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)
- het Hoogheemraadschap van Delfland
- het programma Aan de slag met de Omgevingswet en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)
Wat is het probleem?
Voor de kuststrook bestaat geen duidelijk afwegingskader om initiatieven te beoordelen. Natuurwaarden en het behouden (en ontwikkelen) van een robuust ecosysteem staan onder druk. Geregeld slippen er plannen door de mazen van de regelgeving die de kwaliteit van de leefomgeving verslechteren. Dat geldt zeker niet voor elk bouwplan; onder voorwaarden kan een bouwplan bijdragen aan het ecosysteem.
Zo min mogelijk schade, zo veel mogelijk extra kwaliteit in de leefomgeving. Dat is de gedachte van een integraal, interbestuurlijk kader voor natuur en bouwen. Een eenduidig afwegingskader is goed voor initiatiefnemers omdat zij eerder weten waar ze aan toe zijn. Het is van belang dit te doen voor de hele (Zuid-Hollandse) kuststrook. Het gaat om het vinden van een robuust systeem: een samenhangend geheel van landschappen en soorten.
Andere functies zijn in het afwegingskader ook van belang: veiligheid, recreatie en erfgoed. Om belangen en functies integraal te wegen moet je het hele gebied beschouwen, niet alleen het individuele plan of de locatie.
Hoe hebben ze het aangepakt?
De deelnemers hielden in deze try-out 2 snelkookpansessies om te verkennen hoe je het kunt aanpakken. De eerste sessie om het onderwerp te verkennen. De tweede sessie om te bespreken hoe je het interbestuurlijk samenwerken kunt opzetten. Dat deden ze aan de hand van een fictief voorbeeld van sloop en nieuwbouw in het groen, nabij gemeentegrenzen en stedelijk gebied.
De projectleiding is in handen van de Provincie Zuid-Holland en de gemeente Den Haag. Een klankbordgroep bestaat uit leidinggevenden van de gemeenten Rotterdam en Den Haag, de provincie en de Omgevingsdienst Haaglanden (ODH). De sessies zijn begeleid door het interbestuurlijke programma Aan de slag met de Omgevingswet, waaronder dus ook de VNG.
Wat zijn de inzichten?
Interbestuurlijk samenwerken vraagt een andere houding. Boud gesteld: de provincie moet niet op z’n ponteneur van ‘hogere overheid’ gaan staan en de gemeente moet over de gemeentegrens heen kijken. Vertrouwen is hierbij een cruciale randvoorwaarde. Ook zeer belangrijk: een gedeelde visie op de inhoud en het doel. Dat betekent dat je gezamenlijk moet opschrijven waar je heen wilt. Wat zijn natuurwaarden? Wat is een robuust ecosysteem? Hoe is de situatie nu en wat is de ambitie? Dit levert de basis voor een afwegingskader dat landt in de kerninstrumenten van de Omgevingswet: de omgevingsvisie, het omgevingsplan en in programma’s.
Belangrijk is dat informatie over natuurwaarden beschikbaar zijn, met elkaar gedeeld worden en bij elkaar bekend zijn zodat er een gezamenlijk feitelijk beeld is. Voor planvorming en vergunningverlening moet duidelijk zijn wat de natuurwaarden zijn, bijvoorbeeld in welke gebieden beschermde planten en dieren voorkomen. Het DSO moet hier dan een belangrijke faciliterende rol in spelen om die informatie naar elkaar (en initiatiefnemers en belanghebbenden te ontsluiten).
Wat is het resultaat?
De partijen gaan een Kuststrooktafel opzetten om met elkaar af te stemmen, te leren en patronen te ontdekken die breder bruikbaar zijn. Aan tafel gaat de groep drie dingen gaat doen.
- werken aan een interbestuurlijke en samenhangend afstemmingskader om samen te bepalen wat er in de omgevingsvisies en -plannen met regels zou moeten komen voor natuur en bouwen in de kuststrook
- interbestuurlijk initiatieven en vergunningaanvragen behandelen
- de informatievraag formuleren die nodig is om het gesprek met elkaar te kunnen voeren
Het is belangrijk dat vooraf iedereen over dezelfde informatie beschikt. Aan tafel zit een vaste delegatie van gemeenten, provincie, waterschappen en omgevingsdiensten, aangevuld met stakeholders die per aanvraag betrokken zijn. Het bevoegde gezag dat de aanvraag heeft ontvangen, levert de casusregisseur. Die inventariseert of op onderdelen toestemming nodig is en onderhoudt het contact met de initiatiefnemer. Vanuit de Kuststrooktafel kan ook vooroverleg worden georganiseerd met externe stakeholders en belangengroepen.
Een inkijkje – zo gaat het er in de Try Out aan toe
‘Maak het niet te bestuurlijk’
Op de grens van de stad en de kuststrook in het Haagse Benoordenhout zetten de deelnemers de puntjes op de i in een derde concluderende sessie. Willen we zo verder? Hoe past de Kuststrooktafel in het Huis van Thorbecke? Wie geeft je de rugdekking? Wil iemand alvast een casus aandragen? Iedereen houdt de kaarten nog tegen de borst.
‘Het gesprek over de verschillende waarden in de leefomgeving en hoe je ze afweegt is complex. Het is politiek, er staan belangen op het spel. Durf je pottenkijkers toe te laten? Dat is geen vanzelfsprekendheid,’ zegt coördinator provinciale omgevingsvisie Aron Duindam (Zuid-Holland). Hij vindt dat dit wel moet gebeuren. ‘Een integrale weging van waarden – zoeken naar de grootste kwaliteitswinst – lukt alleen in een open proces. Dit betekent dat je vanuit samenwerking oplossingen zoekt, en niet vanuit eigen belangen probeert het meeste binnen te halen.’ Intussen komt de klankbordgroep met leidinggevenden binnen. Ze komen luisteren naar wat de eerste fase van de try-out heeft opgeleverd.
Margo ter Bekke (provincie Zuid-Holland) en Hans Wisse (gemeente Den Haag) vertellen de uitkomsten en stellen de hamvraag: zitten we op de goede weg? Kunnen we verdergaan en hoe zullen we dat doen? Programmamanager Omgevingswet Jan Roest (Zuid-Holland) antwoordt met een wedervraag: Wat heb je van mij nodig om het te gaan doen? De ambitie en het enthousiasme van de mensen die meedoen, zijn in zijn ogen het belangrijkst om de try-out verder te brengen.
Esther Vogelaar, ecoloog van Den Haag geeft een inhoudelijk antwoord. ‘We bouwen aan een robuust ecosysteem, met aandacht voor biodiversiteit en soortenpopulaties. Dat moet je verankeren in omgevingswaarden en in het omgevingsplan. Mogelijk levert dit een methodiek op die je ook kunt toepassen voor andere thema’s.’ Toine van Riel, programmadirecteur Omgevingswet (Rotterdam), vertelt hoe in het college van B&W in Rotterdam via een informele tafel voor de leefomgeving, de formele besluitvorming aanzienlijk is vergemakkelijkt. Hij moedigt de deelnemers aan om de Kuststrooktafel niet te bestuurlijk te maken en nog niet te veel te formaliseren. Dat vergroot de slaagkans. ‘Ga het gewoon doen.’
De slotsom bij de borrel is dat de try-out goed is begonnen. ‘Het is in twee dagen tijd gelukt de juiste vragen op tafel te krijgen,’ zegt Roest. ‘Nou,’ antwoordt Nielma Harpal uit Rotterdam, ‘we voelen ons uitgedaagd om initiatieven op de Kuststrooktafel te leggen. We kennen elkaar nu, we zijn een eind op weg, dat moeten we vasthouden.’
Van deze try-out zijn ‘visuele notulen’ gemaakt. De tekening toont de deelnemers van de kusttafel. Een aantal elementen is uitgelicht: het gaat om een proces om een inhoudelijk gesprek te voeren over beleid en over concrete initiatieven.