Roadshow Omgevingswet: Delft
Verslag regio Delft, 15 juni 2017:
Kaders stellen in participatie, én vooral loslaten
Ongeveer zeventig belangstellenden van diverse pluimage kwamen donderdag 15 juni 2017 bijeen in het gloednieuwe stadskantoor van Delft. Zij hoorden alles over de aanpak, ervaringen en inzichten die de regio Delft tot nu toe opdeed met de Omgevingswet. Zij werden verwelkomd door Ferrie Förster, wethouder Economie, Cultuur en Ruimtelijke Ordening van de gemeente Delft. ‘De Omgevingswet bevat een van de grotere uitdagingen in mijn portefeuille. Maar meteen ook een hele leuke.’
Delfts doen!
Eerst vroeg Delft aan stakeholders in de stad welke spelregels er rond participatie zouden moeten komen. Astrid Overvoorde, Communicatieadviseur Omgevingswet bij de gemeente Delft, licht toe: ‘Met een leeg vel bij burgers komen, werkt niet. Dan sturen ze je terug. Burgers willen eerlijk behandeld worden. Ze snappen ook wel dat er kaders zijn vanuit plannen, het beleid en de participatie zelf. We hebben als Delft allereerst de vraag gesteld: op welke manier wilt u meedenken? Eigenlijk is dat de vraag over de vraag.’ Förster: ‘Dat is een best spannend traject, waar we ook de gemeenteraad in mee hebben genomen. De raad stelde onlangs de spelregels vast die uit dat traject kwamen.’ Nu test Delft de spelregels tijdens diverse pilots in de stad.
‘Burgers snappen ook dat er kaders zijn.’
Echt een andere manier van werken
Bestuursadviseur Sarah Ros, Programmamanager en Implementatieadviseur Omgevingswet, wees erop dat het met de Omgevingswet echt anders gaat. ‘Participatie is een heel andere manier van werken. Het gaat anders en het moet anders. Uit je comfortzone stappen, naar het gebied waar het gebeurt. Met vertrouwen het gesprek met alle stakeholders aangaan.’ Ros toonde een plaatje met een uitspraak van Einstein: `Insanity is doing the same thing over and over expecting different results. Ofwel: de Omgevingswet maakt het noodzakelijk om de aanpak van participatie te veranderen. ‘Dat gaat over vertrouwen van de overheid in de burger. Maar ook over vertrouwen in de initiatiefnemer die zijn eigen participatietraject vormgeeft. Hij stemt plannen af met de buurt en andere stakeholders. Die initiatiefnemer kan een grote ontwikkelaar zijn, maar ook uw buurman van om de hoek. Zij zijn vrij in de vorm van participeren. Maar participatie is ook: onderling vertrouwen tussen overheden in hun ketensamenwerking.’ Essentieel uitgangspunt: ontwikkeling moet kunnen, als een goed participatieproces is opgetuigd en vastgelegd. Loslaten, maar binnen kaders. Want de gemeenteraad beoordeelt altijd nog of het proces goed is doorlopen.’ Dat maakt de Omgevingswet volgens Ros veel flexibeler dan de huidige wetten. 'Neem de ombouw van leegstaande kantoorpanden naar woningen, of het ontwikkelen van een plek voor tiny houses. Dat is nu nog best moeilijk.'
Experimenteren zonder vergunningen
In vijf workshops gaf Delft gastvrij haar ervaringen prijs. Eén ervan is de nieuwe Delftse participatieaanpak Delfts doen. Workshopleider Onno de Vries constateerde dat burgers graag meedenken over onderwerpen als de open ruimte, groenvoorzieningen, parkeren, infrastructuur, bouwplannen en horeca. ‘Maar hoe abstracter het onderwerp, hoe lastiger de betrokkenheid te realiseren is.’ In één van de vijf pilots - Green Village - bij de Technische Universiteit Delft hebben initiatiefnemers de ruimte om te experimenteren, onder meer met de inmiddels wereldberoemde hyperloop. Overvoorde: ‘Op datzelfde terrein rijden ook auto’s op waterstof. Dat soort onderwerpen staan verder van inwoners af. We zijn dan ook aan het onderzoeken wat inwoners triggert om wel of niet mee te denken. Daarnaast: Over het algemeen zijn mijn collega`s enthousiast, maar er zijn ook collega's die de participatie-aanpak wat eng vinden. Weten wij het niet beter dan de burger? Daarom communiceren we ook intern veel over wat we met doen met Delfts doen.’
’Hoe abstracter het onderwerp,
hoe lastiger de betrokkenheid te realiseren is’
Een andere workshop ging over die Green Village, het living lab van de TU Delft. Dat is door de minister van IenM aangewezen als experiment in het kader van de Crisis- en herstelwet. Daardoor mag de gemeente voor het terrein al vooruitlopen op de Omgevingswet en experimenteren met het omgevingsplan. Derk de Rees, Senior Jurist Omgevingsrecht: ‘Daardoor hebben we flexibiliteit waarmee we innovatie kunnen versnellen. Sociale adaptie is cruciaal voor het omarmen van een innovatie als de hyperloop. Op dit terrein kunnen we het publiek kennis laten maken met innovatieve ideeën en technieken. Er hoeven geen vergunningen aangevraagd te worden voor het terrein. Daar kan de TU Delft dus experimenteren. Wij willen vrijheid geven, maar wel met een vraag in het achterhoofd: waar voelt de omgeving zich nog comfortabel bij? De Omgevingswet fungeert zo als aanjager van technologische vernieuwing.’
Actievere houding
Marlies van Arendonk en Liesbeth van Wijmeren constateerden dat de nieuwe Delftse aanpak andere rollen vraagt. Van college, gemeenteraad, bewoners, partners en de interne organisatie. Van Wijmeren: ‘De overheid vindt het lastig om los te laten. Kan de burger wel beslissen? Lastig is ook dat we 140 beleidsnotities, visies en omgevingsnota's hebben over het fysieke domein. Die zijn verkokerd opgesteld, waarbij diverse domeinen claims op de ruimte leggen. De Omgevingswet moet dat nu precies voorkomen.’ De wet vraagt een actievere houding, stelt Van Wijmeren. ‘Niet meer achterover leunen om te kijken of het in de kaders past. Nee, we vragen een actieve rol van burger én bestuur. Daarbij gaan we uit van mogelijkheden in plaats van beperkingen.’
Delft is inmiddels anderhalf jaar doende met de Delftse aanpak. ‘We laten de inhoud niet helemaal los, maar dit is wel veel meer denken in processen.’ Een collega-gemeente ambtenaar uit Katwijk beaamde de leercurve. ‘Voor onze omgevingsvisie zijn we interactief in gesprek gegaan met externe stakeholders. Wat betekent de Omgevingswet voor jullie? Daarbij hanteren we WOM: waarnemen, ontmoeten, luisteren. Eén bijeenkomst leidde tot een grote hoeveelheid aan oplossingen in een wijk. Het geeft energie als je zo samen optrekt.’ Achter die participatie-aanpak zit soms ook een vrees. Van Wijmeren: ‘Waar zijn we van als overheid? Wat gebeurt er als je niets doet? Daarbij komt soms angst voor Belgische toestanden om de hoek kijken. Het is dus af en toe ook zoeken naar waar we bewust kaders stellen. Maar ook naar het punt waarop we vaststellen dat dat juist niet hoeft.’
Principekeuzes
Delft heeft dus in samenwerking met haar inwoners kaders voor haar participatieaanpak opgesteld. In fase twee, uitgelegd door Bob van der Nol en Janet Otter, maken bestuur en burgers de visie van de stad. Dat proces is nog volop gaande. ‘Daarbij beantwoorden we in twaalf teams van diverse samenstellingen tot en met november de vragen ‘wat is Delft?’ en ‘wat kan en moet Delft zijn?’ Ook daarbij geven we een kader mee. Bijvoorbeeld dat we in principe kiezen voor verdichting in plaats van uitbreiding van de stad. Dat is geen hard criterium, maar wel een basis voor het gesprek. Maar we nemen bijvoorbeeld ook mee dat we in een kadernota de ambitie hebben uitgesproken tot 2040 15.000 woningen te realiseren.’ De gesprekken in de teams zijn volop bezig, maar Van der Nol kon al wel een woordenwolk met uitkomsten laten zien. Daarop kenmerken als kennisstad, historische stad en innovatie.
‘Twaalf diverse teams beantwoorden vragen:
Wat is Delft? Wat kan en moet Delft zijn?'
ICT: werk met wat je weet
Als laatste workshop kwamen de ICT-, informatie en bedrijfsprocessen aan de orde. De opgave van de Omgevingswet op dat gebied is een flinke kluif. In 2024 moet elke gemeente een omgevingsvisie hebben vastgesteld en drie losse digitale ruimtelijke systemen hebben geïntegreerd in één Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het is een zeer complexe opgave die begint met het geschikt maken van de nu bestaande digitale systemen voor de Omgevingswet. Ook hier geldt volgens Maro Pas, Hester Torn en Marnix Duinkerken van de gemeente Delft weer het adagium dat al eerder op tafel kwam. ‘We weten nog veel niet, maar dat weerhoudt ons er niet van alvast aan de slag te gaan.’ Al was het maar omdat er een grote opgave op tafel ligt. Zo kan de gemeente al wel de processen in kaart brengen die leiden tot een dienst of product. Compleet met de documenten en de documenttypen die er onder hangen. Dat is op zich al een opgave. ‘Maar essentieel om te komen tot een informatieplan’, aldus Torn. ‘Dat levert gigantische spreadsheets op.’
Pas: ‘Als nog niet alles bekend is van de DSO, werk je aan randvoorwaarden en fundamenten die de invoering van een DSO in de toekomst mogelijk gaan maken. We weten dat we zaakgericht moeten gaan werken. We weten dat we de basisregistraties op orde moeten hebben. En we weten dat we moeten voldoen aan landelijke standaarden om gegevens aan te leveren. Dan gaan we daaraan werken. Als de technische specificaties van de DSO dan bekend zijn, kunnen we meteen doorpakken.’
Conclusie: we moeten leren sturen, én loslaten
Tijd voor een afsluitende conclusie, getrokken door Gido ten Dolle, directeur Ruimte en Economie van de gemeente Delft. ‘Ik ben met mijn neus in de boter van de Omgevingswet gevallen. De Omgevingswet fungeert als vliegwiel voor onze organisatieontwikkeling. Zowel voor het sociale als voor het fysieke domein. Zie welke impact het heeft op ICT, zaakgericht werken en big data. Waarbij je de kracht van de participatieaanpak, normaal gesproken vooral aanwezig in het sociale domein, kunt doortrekken naar het fysieke domein. We moeten niet altijd maar met regels komen. We komen met de Omgevingswet hooguit met kaders. We geven aansluitend de kracht aan wijken en buurten terug. Grote vraag en eigenlijk nog een zoektocht, is wel waar we sturen en waar we loslaten. Kortom, we zijn de komende periode nog niet uitgeleerd.’
De Roadshow werd afgesloten met een netwerkborrel in de binnentuin van het gloednieuwe stadskantoor, dat – geheel in de geest van de Omgevingswet – deel uitmaakt van de spoorzone Delft.
![170004-17_roadshow[3]](/publish/pages/124144/720px/170004-17_roadshow_3.jpg)
Presentaties
- Roadshow Delft - Delfts Doen (pdf, 2.9 MB)
- Roadshow Delft - Andere manier van werken (pdf, 1.2 MB)
- Roadshow Delft - Green Village (pdf, 1.8 MB)
- Roadshow Delft - Je gaat het pas zien als je het doorhebt (pdf, 1.6 MB)
- Roadshow Delft - Presentatie Omgevingsvisie (pdf, 3.1 MB)
- Roadshow Delft - Omgevingswet in Delft (plenair) (pdf, 23 MB)