Ga naar de inhoud
Aan de slag met de Omgevingswet
Zoeken in deze site
Kruimelpad
Home  Regelgeving  Instrumenten Omgevingswet  Omgevingsplan hoofdlijnen 
Menu
  • Home
  • Actueel
  • Bijeenkomsten
  • Regelgeving
  • Digitaal stelsel
  • Implementatie
  • Thema's
  • Contact

Procedurele aspecten opstellen omgevingsplan

In de Omgevingswet en het Omgevingsbesluit staan regels voor het vaststellen van het omgevingsplan. Deze regels gelden ook bij het wijzigen van het omgevingsplan.

Tijdelijk en nieuw deel omgevingsplan

Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet hebben gemeenten feitelijk al een omgevingsplan. Dit ontstaat door samenvoeging van alle ruimtelijke regels uit bestaande instrumenten en de zogenoemde bruidsschat. Dit zijn rijksregels die worden gedecentraliseerd naar gemeenteniveau. Al deze regels vormen samen een tijdelijk deel van het omgevingsplan. Gemeenten zetten deze regels en regels over de fysieke leefomgeving uit gemeentelijke verordeningen in de periode tot eind 2029 om naar een nieuw deel van het omgevingsplan. Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen worden in het nieuwe deel van het omgevingsplan opgenomen.

In de praktijk zal dus steeds sprake zijn van een wijziging van het omgevingsplan in plaats van het opstellen van een nieuw omgevingsplan. De gemeente zet dan een deel van de regels uit het tijdelijke deel van het omgevingsplan om naar het nieuwe deel. Of regels over de fysieke leefomgeving uit gemeentelijke verordeningen. Of ze stelt regels over nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen.

Meer informatie over: Tijdelijk deel van het omgevingsplan en overgangsfase tot eind 2029

Kennisgeving voornemen wijzigen omgevingsplan

De gemeenteraad moet een kennisgeving doen van het voornemen om het omgevingsplan te wijzigen. Voor de publicatie van deze kennisgeving geldt artikel 3:12 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dat betekent dat de kennisgeving gepubliceerd moet worden in het gemeenteblad.

In de kennisgeving moet de gemeenteraad aangeven hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding worden betrokken (participatie).

Als bij de wijziging van het een omgevingsplan een milieueffectrapportage (mer) moet worden gemaakt, kan dat ook in de kennisgeving worden opgenomen.

Meer informatie:

  • participatie bij de voorbereiding van een omgevingsplan

Voorbereidingsbesluit

De gemeente kan een voorbereidingsbesluit vaststellen voor het opnemen van voorbeschermingsregels in het omgevingsplan. Voorbeschermingsregels beschermen het betreffende gebied tegen ongewenste ontwikkelingen in de tijd dat de wijziging van het omgevingsplan in procedure is.

Ook het Rijk en de provincie kunnen voorbeschermingsregels in het omgevingsplan opnemen. Dit kan als het Rijk of de provincie een projectbesluit wil voorbereiden. Of als het Rijk of de provincie een instructie wil geven of een instructieregel wil stellen gericht op het stellen van regels in het omgevingsplan.

Milieueffectrapportage

Plan-mer

Bij de voorbereiding van een wijziging van het omgevingsplan moet een plan-mer worden gemaakt als:

  • een passende beoordeling van de gevolgen voor een Natura 2000-gebied moet worden gemaakt
  • het omgevingsplan een kader vormt voor projecten die zijn aangewezen in bijlage V bij het Omgevingsbesluit
  • het omgevingsplan een kader vormt voor andere projecten die aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben

Als dit zo is, gelden in de voorbereidingsprocedure de aanvullende regels voor mer voor plannen en programma's  van paragraaf 16.4.1 Omgevingswet.

Project-mer

De wijziging van het omgevingsplan kan ook direct ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk maken die zijn aangewezen in bijlage V bij het Omgevingsbesluit. Als dit zo is, gelden in de voorbereidingsprocedure de regels voor milieueffectrapportage voor projecten van paragraaf 16.4.2 Omgevingswet.

Voorbereidingsprocedure

Afdeling 3.4 van de Awb geldt voor de voorbereiding van de wijziging van het omgevingsplan. Daarnaast geven de Omgevingswet en het Omgevingsbesluit aanvullende procedurele regels.

Ontwerp-omgevingsplan en zienswijzen

De gemeente maakt een ontwerpversie van de wijziging van het omgevingsplan. De gemeente maakt het ontwerp bekend door kennisgeving in het gemeenteblad. Iedereen kan zienswijzen indienen over de ontwerp. De gemeente moet bij het vaststellen van de wijziging van het omgevingsplan in de motivering ingaan op de ingediende zienswijzen.

Vaststellen omgevingsplan

De gemeenteraad stelt de wijziging van het omgevingsplan vast. Soms kan het college van burgemeester en wethouders de wijziging van het omgevingsplan vaststellen. Dit kan alleen als de gemeenteraad dit in een delegatiebesluit heeft vastgelegd (artikel 2.8 Omgevingswet).

De gemeente maakt het vastgestelde omgevingsplan bekend door kennisgeving in het gemeenteblad. Tegen de  vaststelling van de wijziging van het omgevingsplan staat beroep open.

Reactieve interventie

De provincie kan in bijzondere situaties ingrijpen in na de vaststelling van de wijziging van het omgevingsplan van de gemeente. Dit heet een reactieve interventie (artikel 16.21 Omgevingswet).

Het inzetten van de reactieve interventie kan alleen als dat nodig is voor een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Daarbij moet er sprake zijn van een provinciaal belang dat door de provincie in een openbaar document is aangegeven.

De provincie kan de reactieve interventie alleen inzetten als ze over de ontwerpversie van de wijziging van het omgevingsplan een zienswijze heeft ingediend. En de gemeente die zienswijze niet volledig heeft overgenomen. De provincie kan de reactieve interventie ook inzetten als de gemeente ten opzichte van de ontwerpversie wijzigingen aanbrengt in een onderdeel waarover de provincie geen zienswijze heeft ingediend.

Beroep en voorlopige voorziening

Als beroep wordt ingesteld tegen de vaststelling van de wijziging van het omgevingsplan geeft de rechter in de beroepsprocedure een oordeel over dit besluit. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) is de aangewezen rechter voor een wijziging van het omgevingsplan.

Tijdens de beroepsprocedure kan degene die in beroep gaat een verzoek om voorlopige voorziening doen.

Inwerkingtreding

Een omgevingsplan treedt 4 weken na publicatie van de vaststelling in werking. Tenzij de gemeente in het vaststellingsbesluit een later tijdstip heeft opgenomen.

Als tijdens de beroepsprocedure een voorlopige voorziening is aangevraagd, kan de rechter de wijziging van het omgevingsplan schorsen tot de uitspraak in de beroepsprocedure (ook wel bodemprocedure genoemd). De wijziging van het omgevingsplan treedt dan nog niet in werking.

De uitspraak in de bodemprocedure heft de schorsing van de wijziging van het omgevingsplan op en het omgevingsplan treedt vanaf dat moment in werking. De rechter kan in de beroepsprocedure ook besluiten de wijziging van het omgevingsplan te vernietigen. In dat geval treedt de wijziging van het omgevingsplan dus niet in werking.

Tenslotte kan de rechter bepalen dat een deel van de wijziging van het omgevingsplan wordt vernietigd. In dat geval treedt dat deel niet in werking en de overige delen wel.

Omgevingsplan vaststellen voor inwerkingtreding Omgevingswet

Een gemeente kan al voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet een wijziging van het  omgevingsplan vaststellen. Wel is het zo dat de gemeente die wijziging pas op de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet of daarna bekend mag maken. De wijziging van het omgevingsplan treedt 4 weken na de bekendmaking in werking. Daarom heeft een gemeente dus op z'n vroegst 4 weken na inwerkingtreding van de Omgevingswet een gewijzigd omgevingsplan.

Beschikbaar stellen van het omgevingsplan

De regels van het omgevingsplan worden zichtbaar in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Gemeenten moeten de wijziging van het omgevingsplan digitaal publiceren via de Landelijke voorziening bekendmaken en beschikbaar stellen (LVBB), het landelijke publicatieplatform. De regels van het omgevingsplan komen dan automatisch in het Omgevingsloket, zodat iedereen op een kaart kan zien welke regels waar gelden.

Bij het opstellen van het omgevingsplan gebruiken gemeenten een nieuwe standaard, de Standaard officiële publicaties met toepassingsprofielen (STOP.TPOD).

Via vragenbomen kunnen initiatiefnemers in het Omgevingsloket controleren of ze een vergunning nodig hebben of een melding moeten doen. Ook vullen ze in het Omgevingsloket gegevens in voor een aanvraag of melding. Gemeenten vertalen daarvoor hun juridische regels in toepasbare regels. Hiervoor gebruiken gemeenten de Standaard toepasbare regels (STTR).

Meer informatie:

  • Digitaal publiceren van het omgevingsplan
  • Juridische regels vertalen in toepasbare regels


Delen

  • Delen op Facebook
  • Delen op LinkedIn
  • Delen op Twitter

PDF maken

  • PDF maken

Vraag het onze experts!

Heeft u een vraag over de Omgevingswet of onderliggende wetgeving? Of wilt u iets weten over praktische toepassingen of digitale voorzieningen?

Vragenformulier

Tel: 088 - 797 07 90
Bereikbaar op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur.

Alle informatie om je voor te bereiden op de Omgevingswet.

Interbestuurlijke samenwerking

Het programma Aan de slag met de Omgevingswet is een samenwerkingsverband van gemeenten (VNG), provincies (IPO), waterschappen (UvW) en het Rijk. Het programma ondersteunt overheden, maatschappelijke partners, bedrijven, initiatiefnemers en belanghebbenden om te kunnen werken met de wet.

Over deze site

  • Programma Aan de slag
  • Informatiepunt Ow
  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Contact
  • Archief

Volg ons

  • @aandeslagow
  • Omgevingswet op LinkedIn
Rijksoverheid
Unie van Waterschappen
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg