De aanwijzing van milieubelastende activiteiten in het Bal
Hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) wijst per paragraaf een milieubelastende activiteit aan. Alleen voor die aangewezen activiteit gelden de regels uit hoofdstuk 2 tot en met 5 van het Bal.
In het overzicht milieubelastende activiteiten per bedrijfstak staan alle milieubelastende activiteiten uit hoofdstuk 3 van het Bal bij elkaar. In een was-wordt-tabel staan de verschillen tussen Wm-inrichtingen en de milieubelastende activiteiten die het Bal aanwijst.
Kernactiviteit en functioneel ondersteunende activiteiten
In elke paragraaf van hoofdstuk 3 begint de aanwijzing met het omschrijven van een 'kernactiviteit': de aangewezen activiteit zelf. Veel activiteiten omvatten ook 'functioneel ondersteunende activiteiten' die die kernactiviteit ondersteunen. Samen zijn ze de milieubelastende activiteit waar de regels van de paragraaf voor gelden.
In het artikel met de aanwijzing van de milieubelastende activiteit staat of functioneel ondersteunende activiteiten onderdeel zijn van de milieubelastende activiteit.
Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen bestaan alleen uit een kernactiviteit.
Voorbeelden functioneel ondersteunende activiteiten
Activiteiten die de kernactiviteit functioneel ondersteunen kunnen bijvoorbeeld zijn:
- bepaalde activiteiten die hoofdstuk 3 in een andere paragraaf ook aanwijst als milieubelastende activiteit (bijvoorbeeld: windturbine, stookinstallatie)
- activiteiten waarvoor het Bal geen specifieke regels stelt (winkel, parkeerplaats)
Functioneel ondersteunende activiteiten zouden er zonder de kernactiviteit niet zijn. Denk bijvoorbeeld aan technische ondersteuning van de kernactiviteit. Ook facilitaire voorzieningen, zoals een administratiekantoor, bezoekersruimte of showroom, kunnen functioneel ondersteunende activiteiten zijn. Het gaat om functionele ondersteuning in brede zin.
Een activiteit die de functie van de kernactiviteit niet ondersteunt is geen functioneel ondersteunende activiteit. Denk bijvoorbeeld aan een veehouder die een schuur verhuurt voor de opslag van caravans. Het verhuren van caravans helpt niet bij het houden van vee, dus het is geen functioneel ondersteunende activiteit. Het feit dat twee activiteiten bijvoorbeeld in het zelfde pand zitten of gebruik maken van dezelfde technische voorzieningen maakt niet dat de een de functie van de ander ondersteunt.
Uitzonderingen op de aanwijzing
Bij de meeste aanwijzingen van milieubelastende activiteiten staan ook uitzonderingen. De paragraaf, inclusief de richtingaanwijzer, is niet van toepassing op die uitzonderingen. Denk bijvoorbeeld aan uitzonderingen voor activiteiten die alleen plaatsvinden tijdens een bouwactiviteit, bij een huishouden of voor educatieve doelen.
De uitzondering geldt alleen voor de paragraaf, niet voor het hele Bal. Een activiteit die de ene paragraaf in hoofdstuk 3 uitzondert kan alsnog wel onder een andere paragraaf van hoofdstuk 3 vallen.
Consequentie van de aanwijzing
Als een activiteit onder de aanwijzing van een paragraaf van hoofdstuk 3 valt, dan gelden:
- de specifieke zorgplicht
- de afdeling over ongewone voorvallen
- de in de paragraaf aangewezen vergunningplicht
- de inhoudelijke regels van hoofdstuk 4 en 5 van het Bal waar hoofdstuk 3 naar verwijst (de richtingaanwijzer van de paragraaf) en
- de plicht om gegevens en bescheiden aan te leveren
Het kan voorkomen dat een activiteit of een deel daarvan ook onder de omschrijving in een andere paragraaf valt. In dat geval gelden de verplichtingen van beide paragrafen. Zo komen vaak activiteiten die bedrijfstakken overstijgen voor naast een andere paragraaf.
Bij de complexe bedrijven werkt dit net anders. Artikel 3.49 regelt dat de richtingaanwijzers en de artikelen over het verstrekken van gegevens en bescheiden uit paragrafen voor andere bedrijfstakken niet van toepassing zijn. De complexe bedrijven moeten voldoen aan de "eigen" richtingaanwijzer en eventuele regels voor activiteiten die bedrijfstakken overstijgen.