Lozingsvoorschriften voor het opslaan van goederen en laden en lossen van vaartuigen of drijvende werktuigen (paragrafen 4.104, 4.107 en 6.2.7.3 Bal)
Voor het opslaan van goederen en voor het laden en lossen van vaartuigen of drijvende werktuigen gelden lozingsvoorschriften uit de paragrafen 4.104, 4.107 en 6.2.7.3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Omdat transport ook over water gaat, vinden deze activiteiten vaak plaats in de nabijheid van oppervlaktewater.
Op deze pagina:
Wanneer de regels van toepassing zijn
In hoofdstuk 3, 4 en 6 van het Bal staat of de regels gelden. De regels gelden als:
- uw activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.104 of 4.107 en paragraaf 2.7.3 of paragraaf 7.2.7.3 van het Bal valt
- paragraaf 4.104 of paragraaf 4.107 in hoofdstuk 3 van het Bal voor uw bedrijfstak is aangewezen
Bruidsschat
Niet alle regels voor het lozen van afvalwater bij het op- en overslaan van goederen staan in het Bal. Er staan ook regels in de bruidsschat omgevingsplan en de bruidsschat waterschapsverordening.
- De regels voor het lozen van afvalwater bij het op- en overslaan van goederen, niet afkomstig van een bodembeschermende voorziening staan in paragraaf 2.3.7.6 van de bruidsschat omgevingsplan.
- De regels voor het lozen van afvalwater bij het op- en overslaan van goederen staan in afdeling 2.7 en 2.8 van de bruidsschat waterschapsverordening.
- Afdeling 2.7 gaat over inerte goederen.
- Afdeling 2.8 gaat over andere dan inerte goederen.
- In artikel 2.32 van afdeling 2.8 staat een maatwerkregel op artikel 4.1058 van het Bal.
Een toelichting op de regels in de bruidsschat omgevingsplan en de bruidsschat waterschapsverordening vindt u op de pagina op- en overslag van goederen in de bruidsschat.
Meldingseisen
Naast de algemene indieningsvereisten moeten de volgende gegevens en bescheiden worden ingediend bij een lozing van afvalwater van uitlogende goederen op rijkswateren (artikel 6.56a van het Bal) en op de Noordzee (artikel 7.61a):
- een aanduiding van het soort goederen
- de hoeveelheid die ten hoogste wordt opgeslagen
Verboden en voorwaarden
Er geldt een aantal verboden en voorwaarden bij het opslaan van goederen en voor het laden en lossen van vaartuigen of drijvende werktuigen.
Hergebruik (hemel)water
Water dat in contact is geweest met opgeslagen goederen wordt hergebruikt (artikel 4.1056 van het Bal). Zo kan hemelwater geschikt worden gemaakt om bijvoorbeeld stuifgevoelige goederen nat te houden. Hierdoor ontstaat minder afvalwater en wordt hergebruik van geschikt water bevorderd. Bij stuifgevoelige goederen gaat het om goederen die zijn ingedeeld in de stuifklassen S1 tot en met S5.
Lozingsroute lekkende, uitlogende en vermestende goederen
Afvalwater afkomstig van het opslaan van lekkende, uitlogende en vermestende goederen ingedeeld in bijlage IVA, deel A, B of C van het Bal, wordt geloosd in een vuilwaterriool (artikel 4.1057 van het Bal). Bij maatwerkvoorschrift is een andere lozingsroute toegestaan. Dit afvalwater wordt geloosd op het vuilwaterriool of via de andere lozingsroute, zoals opgenomen in het maatwerkvoorschrift.
Lozingsroute uitlogende goederen op rijkswateren en op de Noordzee
In afwijking van artikel 4.1057 is lozen van afvalwater afkomstig van uitlogende goederen (ingedeeld in bijlage IVA, deel B) op rijkswateren en op de Noordzee ook toegestaan als de afstand tot een vuilwaterriool of zuiveringtechnisch werk meer dan 40 m is, gerekend vanaf de kadastrale grens van het perceel waar het afvalwater vrijkomt. Dit staat in artikel 6.56b van het Bal (rijkswateren) en in artikel 7.61b (lozingen op de Noordzee).
Voor het lozen van dit type afvalwater zijn emissiegrenswaarden gemeten in een steekmonster van toepassing. Deze staan in tabel 6.56c (voor lozingen op rijkswateren) en in tabel 7.61c (voor lozingen op de Noordzee).
Stof |
Emissiegrenswaarde in μg/l of mg/l |
---|---|
Som van de metalen arseen, chroom, koper, lood, nikkel en zink | 1 mg/l |
Minerale olie | 10 mg/l |
Polycyclische aromatische koolwaterstoffen | 50 μg/l |
Onopgeloste stoffen | 100 mg/l |
Som van stikstofverbindingen | 10 mg/l |
Som van fosforverbindingen | 2 mg/l |
Chemisch zuurstofverbruik | 200 mg/l |
De meetmethoden voor het bemonsteren, conserveren en analyseren van een steekmonster staan in artikel 6.56d (voor lozingen op rijkswateren) en in artikel 7.61d (lozingen op de Noordzee) van het Bal.
Lozing van olie
Kan uit de goederen olie lekken? Dan moet het afvalwater van de opslag voor vermenging met ander afvalwater door een slibvangput en olieafscheider geleid worden. Slibvangput en olieafscheider moeten voldoen aan NEN-EN 858-1 en -2. Een olieafscheider die is geplaatst voor 2 november 2010 moet afgestemd zijn op de hoeveelheid geloosde afvalwater (artikel 4.1059 van het Bal).
Emissiegrenswaarden en meetmethoden
Bij het opslaan van goederen kunnen verschillende stoffen uitlogen of lekken. Voor stoffen die vaak in de afvalwaterstroom voorkomen die wordt geloosd op het vuilwaterriool, zijn in tabel 4.1059 emissiegrenswaarden opgenomen. Dit zijn maximumwaarden in een steekmonster.
Stof |
Emissiegrenswaarde in μg/l of mg/l |
---|---|
Som van de metalen arseen, chroom, koper, lood, nikkel en zink | 1 mg/l |
Minerale olie | 20 mg/l |
Polycyclische aromatische koolwaterstoffen | 50 μg/l |
Onopgeloste stoffen | 300 mg/l |
Voor het meten van de emissiegrenswaarden bevat artikel 4.1061 van het Bal normen. Dit zijn normen voor het bemonsteren van afvalwater en het conserveren en ontsluiten van monsters van afvalwater. Ook staan in dit artikel normen voor analysemethoden die moeten worden gebruikt.
Riooltekening
Volgens artikel 4.1062 van het Bal moet er een riooltekening beschikbaar zijn, waarop duidelijk staat:
- Op welke punten welk afvalwater wordt geloosd.
- Of de punten waarop afvalwater wordt geloosd, zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool.
- Op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen.
De riooltekening geeft het bevoegd gezag inzicht in hoe het rioolstelsel in elkaar zit en hoe de afvalwaterstromen lopen. Hiermee is het mogelijk om lozingen doelmatig te controleren.
Regels voor het laden en lossen
Bij het laden en lossen van een vaartuig of drijvend werktuig moet de afstand tot de wal zo klein mogelijk zijn. Deze afstand mag overbrugd worden door een ponton of een morsklep. Goederen waaruit stoffen kunnen lekken, worden opgesteld boven een lekbak (artikel 4.1106 van het Bal).
Bij het opslaan van goederen op een vaartuig of drijvend werktuig worden goederen waaruit stoffen kunnen lekken of uitlogen benedendeks opgeslagen. Stoffen die kunnen lekken, worden opgesteld boven een lekbak (artikel 4.1107 van het Bal).
Controleaspecten
Let bij het opslaan van goederen en het laden en lossen van vaartuigen of drijvende werktuigen goed op de volgende zaken:
- Wat wordt er op- of overslagen?
- Zijn het goederen waaruit stoffen kunnen lekken of uitlogen, of zijn het vermestende goederen?
- Is er sprake van een lozing op een vuilwaterriool?
- Voldoet men aan de gestelde emissiegrenswaarden ?
- Hoe wordt voorkomen dat goederen in het oppervlaktelichaam terecht komen?
Begrip: Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.
Lees meer over het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).