Ga naar de inhoud
Aan de slag met de Omgevingswet
Zoeken in deze site
Kruimelpad
Home  Thema's  Water  Oppervlaktewaterkwaliteit  Ecologie: maatregelen en effecten  Heldere meren  Heldere meren - ingreep in de chemie van het systeem 
Menu
  • Home
  • Actueel
  • Bijeenkomsten
  • Regelgeving
  • Digitaal stelsel
  • Implementatie
  • Thema's
  • Contact

Maatregel tegen interne nutriëntenbelasting (baggeren)

Baggeren is het verwijderen van sediment. Deze maatregel is meestal gericht op het verwijderen van nutriëntrijk slib om de interne fosfaatbelasting te verminderen. In sommige meren is het belangrijkste doel van baggeren het vergroten van de diepte van het systeem.

Algemeen

Om de interne belasting voldoende te kunnen verminderen, moet er kennis aanwezig zijn over het sediment. Het gehalte aan fosfaat en de afgiftesnelheid van fosfaat en de sedimentdiepte, bepalen waar en hoe diep er gebaggerd moet worden. In veel gevallen gaat het om de bovenste 25-100 cm van het sediment. Om te bepalen of het sediment verontreinigd is, worden niet alleen nutriëntengehalten bepaald. Ook de gehalten aan PCB's, olie en zware metalen moeten bepaald worden.

Bij de uitvoering van het baggeren is het belangrijk dat wordt voorkomen dat tijdens het baggeren nutriëntrijke sedimenten onder invloed van wind - en waterbeweging naar al gebaggerde of nutriëntarme plaatsen toestromen.

Er zijn globaal gezien 2 manieren van baggeren: hydraulisch baggeren en mechanisch baggeren. Hydraulisch baggeren zorgt voor de minste verstoring, maar deze methode kost meer geld dan mechanisch baggeren. Bij losse en waterrijke bagger is hydraulisch baggeren de enige mogelijkheid.

Doel van de maatregel

Verlaging van de interne fosfaatbelasting.

Meren waar de maatregel is toegepast (ga voor een uitgebreide beschrijving naar Onderzoek meren en plassen).

Maatregel

meer

jaar

maatregel

ander soort maatregel

resultaat

Binnenschelde

1988

47 ha baggeren,
220.000 m3 slib

ja

Boschkreek

1993

baggeren,
20.000 m3 slib

ja

Canisvlietse Kreek

1999

baggeren,
121.000 m3 slib

ja

De Deelen

1993-1995

baggeren en plaatsing slibschermen

ja

De Haak

1988-1990

baggeren

ja

Fjirtich Mêd

1990-1991

baggeren

ja

Fortgracht Edam

1983

baggeren

ja

Fortgracht Ruigenhoek

1999-2000

baggeren

ja

Geerplas

1989
1991

baggeren
baggeren met gebruik van slibschermen

ja

Hollands Ankeveense Plas

1989

baggeren van petgaten

ja

Ketelmeer

2000-2010

baggeren
(klasse 3 en 4)

ja

Molenkreek

1999

baggeren

ja

Nannewijd

1994

baggeren

ja

Rottige Meente

1994

baggeren

nee

Vlaamse Kreek

2000

baggeren

ja

Wielen in de Hoevensche Beemden

2000

baggeren

ja

Zwartenhoekse Kreek

1996

baggeren,
20.000 m3 slib

ja

Lessen

Binnenschelde

Bij het baggeren in 1988 is 220.000 m3 fosfaatrijk slib verwijderd van 47 ha meerbodem. Het eerste jaar na het baggeren was hierdoor de interne P-belasting verminderd van 1,5-2,5 gP/m2/j tot 0,5 gP/m2/j. In 1990 bleek de interne belasting weer te zijn toegenomen tot het oude niveau. Het verwijderen van fosfaatrijk slib heeft geen meetbaar effect gehad op de fosfaatconcentratie in het water.

Geerplas

Bij het baggeren van fijn slib, moet met behulp van slibschermen worden voorkomen dat het slib rondzweeft en ergens anders gaat bezinken.

In de Geerplas was de nalevering van P vanuit het sediment zeer hoog. Tachtig procent van de P-belasting was het gevolg van interne bronnen. Nalevering vormde de grootste interne bron. Het d.m.v. baggeren verminderen van de nalevering van P was de belangrijkste maatregel in het Geerplas project.

De evaluatie van de maatregelen (in 1999) die in de Geerplas genomen waren liet zien dat het baggeren geen blijvend effect heeft gehad. De sliblaag groeide relatief snel weer aan en de bodem laadde zich weer op met P, waardoor weer nalevering kon gaan optreden. De interne P-belasting is hierdoor nu nog steeds hoog.

Rottige Meente

In de gebaggerde petgaten lijkt zowel de zichtdiepte als de vegetatie zich te verbeteren.

Kosten van de maatregel

NB deze zijn in guldens en uit de periode 1980-1990

Baggeren is een relatief dure methode. De kosten zijn afhankelijk van de materiaalbenodigdheden, het baggervolume, de plaats van berging van het baggerspecie, de sedimentdichtheid, mate van verontreiniging van het slib en het eventueel hergebruik van het sediment. De kosten bedragen fl. 30.000 (1980) tot fl. 90.000 (1990) per hectare. Dat komt neer op ongeveer fl. 5 tot fl. 10 per m3 baggerspecie.

Experts

Algemeen

Rijkswaterstaat Waterdienst

Beheerders met ervaring

Hoogheemraadschap van Rijnland



Delen

  • Delen op Facebook
  • Delen op LinkedIn
  • Delen op Twitter

PDF maken

  • PDF maken

Vraag het onze experts!

Heeft u een vraag over de Omgevingswet of onderliggende wetgeving? Of wilt u iets weten over praktische toepassingen of digitale voorzieningen?

Vragenformulier

Tel: 088 - 797 07 90
Bereikbaar op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur.

Alle informatie om je voor te bereiden op de Omgevingswet.

Interbestuurlijke samenwerking

Het programma Aan de slag met de Omgevingswet is een samenwerkingsverband van gemeenten (VNG), provincies (IPO), waterschappen (UvW) en het Rijk. Het programma ondersteunt overheden, maatschappelijke partners, bedrijven, initiatiefnemers en belanghebbenden om te kunnen werken met de wet.

Over deze site

  • Programma Aan de slag
  • Informatiepunt Ow
  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Contact
  • Archief

Volg ons

  • @aandeslagow
  • Omgevingswet op LinkedIn
Rijksoverheid
Unie van Waterschappen
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg