Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Contact
Aan de slag met de Omgevingswet
Zoeken in deze site
  1. Home 
  2. Implementatie 
  3. Ervaringen van anderen 
  4. Interviews 
Menu
  • Home
  • Actueel
  • Bijeenkomsten
  • Implementatie
  • Oefenen
  • Ondersteuning
  • Contact
  • Contact

‘We hebben geen tijd om op onze lauweren te rusten’

Gepubliceerd op 8 april 2020

Interview met Emiel Reiding, directeur Nationale Omgevingsvisie (NOVI) bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in het boekje 'Omgevingswet in Uitvoering'. ‘Een visie verandert maar zelden iets in de wereld, het gaat om wat we daarop laten volgen.’

Emiel Reiding: Een visie verandert maar zelden iets in de wereld, het gaat om wat daarop volgt’

“Nederland is de tweede landbouwexporteur ter wereld, heeft een heel grote luchthaven, de grootste haven van Europa en een logistiek systeem waar andere landen jaloers op zijn. We hebben die sectoren volledig geoptimaliseerd, met als gevolg dat we tegen grenzen aanlopen. We komen op veel vlakken niet meer weg met sectorale afwegingen. Oplossingen voor de stikstofcrisis vind je niet slechts in het reduceren van de veestapel.

En het antwoord op het tekort aan woningen zit niet enkel in de bouwsector. Als je natuur wilt realiseren heb je anderen nodig. Dat geldt ook voor de energietransitie. We moeten keuzes maken over sectoren heen. Daar moet de samenwerking op geënt zijn en ten slotte ook de bekostiging.”

Sturen versus decentralisatie

“De NOVI heeft zo zijn uitdagingen. De visie is niet traditioneel top-down gemaakt. We leggen niets op, het is eerder een werkwijze voor regionale invulling. Maar nu de NOVI bijna af is, merken we bij Kamerleden en partijen in de samenleving behoefte aan meer sturing vanuit de Rijksoverheid. Die behoefte aan sturing lijkt een grote uitdaging met het oog op de Omgevingswet. We moeten nu keuzes maken en dat kan niet alleen maar benoemen waar het Rijk op gaat sturen, maar sturen is ingewikkeld.

Ten eerste in de verticale kolom – die is in feite niet meer verticaal. Zodra de Rijksoverheid iets in de NOVI opschrijft, zeggen andere overheden: ‘Je perkt mijn mogelijkheden in, dat hadden we niet afgesproken. Alles is toch gedecentraliseerd?’ Daarnaast is het ingewikkeld op departementaal niveau. De NOVI gaat over de hele leefomgeving en daarmee over alle departementen die zich met de leefomgeving bezighouden. Terwijl onze minister de besprekingen in de Tweede Kamer doet. Dat kan wringen met de verantwoordelijkheid op sectorale dossiers.”

Institutionele belemmeringen

“Omdat er in de sectoren geen ruimte meer is om te optimaliseren, moeten we een andere werkwijze vinden. Eentje met meer samenhang tussen die sectoren, waar dat noodzakelijk is. Ik zie daarvoor nog wel institutionele belemmeringen. Zo hebben wij geen collegiaal bestuur zoals een gemeente, maar een ministeriële verantwoordelijkheid. Een minister moet zich verantwoorden op zijn of haar beleidsterrein. De begroting is daarop ingericht, net als de gesprekken met de Kamers. Alles is georganiseerd in silo’s. Het systeem leidt daarmee niet direct tot de gewenste integratie.”

‘Sectoren kunnen we pas verbinden als ze zelf sterk in hun schoenen staan’

Oplossing in cultuur

“Dan is de vraag: moet je de structuur veranderen? Maar dat is vreselijk ingewikkeld, en bovendien bestaat de optimale structuur niet. Daarom zoeken we de oplossing in de werkwijze, want niets staat samenwerking in de weg. Het enige wat je moet doen, is redeneren vanuit het gebied en de verschillende vraagstukken die daar samenkomen. In Utrecht is dat laatst mooi gelukt, vind ik. Hier gaat stedelijke ontwikkeling hand in hand met mobiliteit. Infrastructuur en Waterstaat betaalt voor mobiliteit uit haar begroting, en Binnenlandse Zaken voor wonen uit die van haar.

Redeneer vanuit het gebied en kijk vervolgens hoe je het bekostigt. Gebiedsgericht werken gaat over het leggen van verbindingen. De NOVI gaat over een CO2-arme, duurzame economie. Niet voor niets ‘economie’, want onze concurrentiepositie mag niet het onderspit delven.

We moeten economie wel verbinden aan duurzaamheid en leefomgevingskwaliteit. Daar is de aandacht groeiende. Mensen maken zich zorgen om hun landschap, waarvan de cultuurhistorische waarde breed wordt onderkend. Het landschap is verbindend, alleen kijken sommigen vanuit identiteit en anderen vanuit natuurwaarde.”

Lastig koers houden

“Het werken aan de NOVI was en is geweldig leuk en uitdagend. Het vraagt soms een dikke huid en stug volhouden. Met een klein team en heel veel stakeholders en meningen is het lastig om koers te houden. Niet te snel van slag raken is dan het devies.

We hebben geïnvesteerd in het betrekken van departementen en veel gesprekken gehouden met maatschappelijke partijen. Maar we hebben ook een eigen verhaal. Er zijn veel – constant wisselende – meningen, en om hier een lijn in te vinden moet je gaandeweg het proces je eigen gedachtes formuleren. Uit deze gespreksrondes kwam onder andere de verstedelijkingsstrategie tot stand en werden gezondheid en cultureel erfgoed voor het eerst echt in het ruimtelijk beleid geïntegreerd.”

Stevige positie helpt

“Als directeur probeer ik het interdepartementale, interbestuurlijke en maatschappelijke proces van samenwerken te bevorderen en ervoor te zorgen dat mensen over hun eigen schutting kijken.

Hiervoor heb ik een eigen verhaal nodig, maar moet ik ook met iedereen kunnen meepraten. Op de hoogte zijn van alle dossiers, er positie in durven nemen en soms volhardend zijn. Een stevige positie van eenieder helpt in het gesprek. Naast de NOVI verschijnen visies zoals de milieuvisie, de LNV-visie en mobiliteitsvisie. Dat is een goede zaak. We kunnen sectoren pas verbinden als die sectoren zelf sterk staan. Pas dan weet je namelijk wat iemands positie, drijfveren en belangen zijn, en hoe iemand opereert.

Met de NOVI willen we de verantwoordelijkheden van andere partijen niet overnemen, maar verantwoordelijkheden en inhoud bij elkaar brengen waar dat nodig is.”

Wat verwacht je van de komende jaren?

“Dat het gelukt is om tot een ontwerp-NOVI te komen, maakt mij trots. Op het team en de betrokkenheid van alle departementen. Qua samenwerking zie ik een stijgende lijn. Heel vaak is de bereidheid er, maar weten we nog niet precies wat we moeten doen. We hebben geen tijd om op onze lauweren te rusten. We zijn er nog lang niet. Het moeilijkste moet nog komen. Een visie verandert maar zelden iets in de wereld, het gaat om wat we daarop laten volgen. Nederland staat aan de vooravond van een aantal grote transities op het gebied van klimaat, energie en circulaire economie. Deze grote transities lossen we alleen op met een nieuwe manier van werken. Ik hoop dat we in 2050 terugblikken en zien dat we nu een verandering zijn ingegaan die ertoe leidde dat we een antwoord vonden op deze transities.

Directeuren-generaal en directeuren bij het Rijk aan het woord

Wat betekent de komst van de Omgevingswet voor de directeuren-generaal en directeuren bij het Rijk? Hoe kijken zij aan tegen de bijbehorende voorbereiding en samenwerking? In dit boekje vertellen directeuren-generaal en directeuren van verschillende departementen en uitvoeringsorganisaties wat hen bezighoudt in aanloop naar de Omgevingswet. Wat gaat goed, wat kan beter en hoe doen ze dat? Op welke voorbeelden zijn ze trots? En hoe zijn ze zelf een voorbeeld? Ook gaan de geïnterviewden in op het begrip vertrouwen, een onderliggend principe van de Omgevingswet. Voelen zij dat het vertrouwen er is? Lees en laat je inspireren.

Lees alle interviews

Meer interviews met directeuren-generaal en directeuren staan in het boekje Omgevingswet in uitvoering (pdf, 1.2 MB).


Directeuren-generaal en directeuren aan het woord

Hier vind je de andere inspirerende verhalen van de directeuren-generaal en directeuren bij het Rijk aan het woord over de 'Omgevingswet in uitvoering'.

Directeuren-generaal en directeuren aan het woord

Juristen aan het woord

Lees ook de 6 andere verhalen van 'Juristen aan het woord over de Omgevingswet in uitvoering'.

Juristen aan het woord

Delen

  • Delen op Facebook
  • Delen op LinkedIn
  • Delen op Twitter

pdf maken

  • pdf maken

Vraag het onze experts!

Hebt u een vraag of suggestie over de implementatie van de Omgevingswet? Gebruik dan onderstaand formulier, het Informatiepunt Leefomgeving staat tot uw dienst!

Vragenformulier

Tel: 088 - 797 07 90
Bereikbaar op werkdagen van 09.00 tot 17.00 uur.

Alle informatie om u voor te bereiden op de Omgevingswet

Interbestuurlijke samenwerking

Het programma Aan de slag met de Omgevingswet is een samenwerkingsverband van gemeenten (VNG), provincies (IPO), waterschappen (UvW) en het Rijk. Het programma ondersteunt overheden, maatschappelijke partners, bedrijven, initiatiefnemers en belanghebbenden om te kunnen werken met de wet.

Over deze site

  • Programma Aan de slag
  • Informatiepunt Leefomgeving
  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Contact
  • Archief

Volg ons

  • @aandeslagow
  • Omgevingswet op LinkedIn
Rijksoverheid
Unie van Waterschappen
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg