Nijmegen maakt de balans op: 'Minder maatwerk en meer algemene regels'
Hoe zeilt het schip van de Omgevingswet in de Nijmeegse praktijk? Marjolein Jansen, directeur-generaal Ruimtelijke Ordening en programmamanager Implementatie en dienstverlening Bas Zeegers kregen tijdens een werkbezoek aan de gemeente Nijmegen antwoord op die vraag. Daar werden zij bijgepraat over de ervaringen met het Digitaal Stelsel, regionale samenwerking en de praktische vertaling van de nieuwe werkwijze, die de Omgevingswet met zich meebrengt.
Inwoners en bedrijven voorop
In Nijmegen wordt die nieuwe werkwijze resoluut omarmd. 'We maken geen bestemmingsplannen meer, maar we gaan aan de slag met het omgevingsplan', vat Milou Cillessen, projectleider implementatie Omgevingswet, de omslag naar het werken met de Omgevingswet samen. "Daarmee pas je minder maatwerk toe, maar stel je meer algemene regels die, anders dan een bestemmingsplan, voor het hele gebied gelden en waarbij eventueel gebiedsgerichte activiteiten worden toegevoegd,' vertelt Iris Leunissen, regelanalist bij de gemeente Nijmegen. Met het voorbeeld geeft ze aan dat de gemeente Nijmegen niet alles wil 'dichtregelen' in een omgevingsplan, maar aan de voorkant aangeeft wat wel en niet mag. Daarmee wil Nijmegen, met het principe 'Ja, mits' inwoners en bedrijven van dienst zijn met het Omgevingsloket als uitgangspunt.
Dat doet de gemeente Nijmegen ook met vooroverleggen, die sinds 1 januari zijn ingesteld. Daarmee kunnen inwoners en bedrijven een omgevingsplantoets doen en er eventueel over in gesprek aan de omgevingstafel. 'We hadden tot 1 april daarvoor een proefperiode, waarvoor inwoners en bedrijven geen leges hoefden te betalen. Dat liep echt storm,' vertelt Cillessen. 'Het is een voorbeeld van de nieuwe manier van dienstverlening met de potentie om verder door te ontwikkelen.'
Tegelijkertijd is Nijmegen nog druk bezig met het afronden van een dertigtal oude, reeds ingediende bestemmingsplannen. Dat maakt dat de ambtelijke organisatie zich nog niet volledig kan richten op de nieuwe werkwijze.
Werken aan gebruikersvriendelijkheid
De nieuwe werkwijze zorgt ook in technische zin voor de nodige hindernissen, zowel voor initiatiefnemers als voor de gemeentelijke organisatie zelf. Dat blijkt bijvoorbeeld uit aanvragen die verkeerd zijn ingediend. 'Het is soms echt heel ingewikkeld om een aanvraag in te dienen', stelt Cillessen vast. 'Het werkt technisch, maar gebruikersvriendelijk is het nog niet.' Dat geldt ook voor het werken met het omgevingsplan waarin nog niet alle activiteiten zijn opgenomen. 'Wat het lastig maakt is dat iedereen met andere software werkt,' vult Leunissen aan. 'Dat geldt bijvoorbeeld voor het in beheer nemen van de bruidsschat'. Tegelijkertijd is het haar wel gelukt om toepasbare regels te publiceren in zowel de pre-productieomgeving als de productieomgeving. 'Het is nog niet helemaal perfect, maar we kunnen ermee werken.' Net als bij andere bevoegde gezagen ervaart ze onvolkomenheden die zich af en toe nog voordoen.
Tevens wordt opgemerkt dat bij de ontwikkeling van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) niet voldoende is rekening gehouden met de gemeentelijke praktijk. Dan gaat het bijvoorbeeld om het parallel wijzigen van omgevingsplannen, waarbij beperkingen zich voordoen. 'Dat werkt echt anders dan het wijzigen van een bestemmingsplan. Je bent een omgevingsplan eigenlijk continu aan het wijzigen,' merkt Cillessen op, die een TAM-IMRO oplossing bij voorkeur uit de weg gaat.
Voortrekkersrol
Nijmegen is een grote gemeente in een regio met overwegend kleine gemeenten en neemt in veel zaken het voortouw of signaleert vaak als eerste bepaalde aandachtspunten. De stad is daarom voor andere gemeenten vaak een voorbeeld en agendeert met regelmaat onderwerpen in het regionaal overleg. Deze voortrekkersrol kent ook haar beperkingen. 'We vinden het best lastig dat we zo weinig kunnen sparren over onderwerpen,' zegt Cillessen daarover. 'We zien namelijk dat veel gemeenten nog een beetje in de oude gedachte van bestemmingsplannen blijven hangen en veel uitbesteden aan bureaus.' Toch gaat de gemeente Nijmegen nog actiever de samenwerking opzoeken met haar ketenpartners voor een goede invulling van een omgevingsplan.
Die samenwerking kenmerkt zich nu al met het betrekken van regiogemeenten bij lokale (kennis)sessies en een koplopersoverleg omgevingsplan met onder andere Arnhem en Rheden. Daarnaast is er maandelijks een projectleidersoverleg waarin de gemeenten, Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN), provincie en de Regionale Implementatiecoach (RIO) aanwezig zijn. In het overleg komen vraagstukken naar voren en worden kennis en ervaringen gedeeld. Ook vindt afstemming plaats over kennissessies.
'Slimme toepasbare regels'
In Nijmegen pakt de organisatie het meeste werk zelf op. Met een regieteam, waarin ook een regisseur en een beheerder omgevingsplan zitting hebben, houdt de organisatie focus op de inpassing van de Omgevingswet in de organisatie. 'Dat gebeurt met vallen en opstaan, omdat het echt nog pionierswerk is,' zegt Cillessen, die als projectleider ook regelmatig contact heeft met haar collega's in de regio. Dat geldt ook voor haar collega Iris Leunissen met haar netwerk van collega-regelanalisten. Ze merkt dat ze als regelanalist een brede blik en kennis moet hebben van de hele keten, inclusief de vergunningverlening, toezicht en handhaving, om haar functie goed te kunnen uitoefenen. 'Dat moet allemaal samenkomen in slimme toepasbare regels waar inwoners en bedrijven bij gebaat zijn.'
De blik in Nijmegen is gericht op volgend jaar. Niet alleen om te zien hoe de vlag er dan precies voorstaat maar ook om Marjolein Jansen daarvan deelgenoot te maken. Dat moet gebeuren tijdens een volgend werkbezoek als het schip van de Omgevingswet in wat rustiger vaarwater zeilt.